Maar ik ben er nog — trouw aan wie ster­ven gaat

Wie nog maar kort heeft te leven, moet kun­nen reke­nen op men­sen die hem tot het laat­ste bege­lei­den. Toch is in deze zo kwets­ba­re situ­a­tie van het nade­ren­de ster­ven vlucht­ge­drag geen uit­zon­de­ring. Een reden kan zijn dat die zo ster­fe­lij­ke ander jou con­fron­teert met je eigen ster­fe­lijk­heid.

Dit boek is geschre­ven van­uit het besef dat men­sen die ter­mi­naal zijn, niet in een iso­le­ment mogen raken. Dit is gewoon een kwes­tie van huma­ni­teit. In de twee laat­ste hoofd­stuk­ken wordt die huma­ni­teit ver­taald in tien prak­ti­sche ‘omgangs­vor­men’: empa­thie, mede­do­gen, geduld, humor, wel­le­vend­heid, teder­heid, inte­gri­teit, zelf­ken­nis, res­pect, trouw. Ook staan in deze hoofd­stuk­ken voor­beel­den van brie­ven en korte tek­sten die je zou kun­nen schrij­ven.

De sfeer van ieder hoofd­stuk wordt aan­ge­ge­ven door een tot de ver­beel­ding spre­ken­de foto van natuur­fo­to­graaf Jan Ver­meer.

Hans Bouma is dich­ter, ethi­cus en publi­cist. Eer­der ver­sche­nen van hem onder meer De taal van het troos­ten en Han­den die mij nooit ver­lie­ten.

Auteur
Hans Bouma
Publicatiedatum
01 maart 2012
Uitgever
Forte uitgevers B.V.
ISBN
9789079956159
Aantal exemplaren
1
Categorie
Diversen
Boek lenen?

Voorafgaand aan het Rouwcafé kun je boeken halen of terugbrengen. Ook kun je in overleg een afspraak maken om de boeken in te zien. Ben je niet in de gelegenheid om onze activiteiten te bezoeken, maar wil je wel een boek lenen? Bel ons op tel: 06-17159295 om een afspraak te maken om het boek op te halen.

  • Ver­want met de dood

    Het leven is sindsdien verdergegaan
    maar vergat mij mee te nemen
    en liet me erbuiten staan.

    Ik bezie ‘t van een afstand
    maar ‘t raakt me niet echt
    ik voel me met de dood verwant.

    Veel mensen om mij heen
    kunnen het verdriet niet langer delen
    en laten mij daarin alleen.

    Zo bouwen ze muren van stilte
    waarin ik me gevangen voel
    en die mij omgeven met kilte.

    Ze beseffen niet hoe dat is
    hoe gebroken mijn bestaan
    hoe vol van leegte en gemis.

    Ik weet, ik kan niet altijd troost verwachten
    maar door er gewoon te zijn
    kunnen ze wel de pijn verzachten.

    Het is niet, dat ik me beklaag
    immers ik wil geen medelijden,
    ‘t is alleen wat warmte wat ik vraag.

    Kokkie Jonkers