Cobi onder­vindt troost bij het Rouw­ca­fé

Coby (71) ver­loor haar man aan kan­ker, maar vindt troost in Rouw­ca­fé: ‘Gezel­lig pra­ten als op ver­jaar­dag’.

Haar man André over­leed twee jaar gele­den en sinds­dien vindt Coby Wes­ter­hoff veel troost bij lot­ge­no­ten in het Rouw­ca­fé in Gouda: “Als je hoort dat iemand een man had die ook niet over zijn ziek­te wilde pra­ten, dan merk je dat je niet de enige bent. Men­sen die nie­mand ver­lo­ren heb­ben weten niet hoe dit is. Maar in de groep begrijpt ieder­een wat je bedoelt en nie­mand vindt dit gek.”

Tij­dens het gesprek past ze thuis op haar klein­doch­ter, die net een paar teke­nin­gen heeft gekleurd. Het is een vro­lij­ke bedoe­ning. Maar er is ook een ande­re kant: Coby (71) gaat regel­ma­tig naar het Ont­moe­tings­cen­trum Van Noord in de Goud­se wijk Bloe­men­daal waar lot­ge­no­ten maan­de­lijks over het over­lij­den van hun naas­ten pra­ten. “Het Rouw­ca­fé voelt als gezel­lig pra­ten zoals je op een ver­jaar­dag doet, alleen gaat dit over rouw.”

In febru­a­ri van het vorig jaar heeft Coby zich hier aan­ge­slo­ten. In sep­tem­ber 2021 is haar man André over­le­den. “Ze zeg­gen dat je niet te snel moet komen. Som­mi­ge men­sen vin­den dit al te vroeg, maar ieder­een doet dit anders.” Coby en André waren 47 jaar getrouwd en kre­gen twee doch­ters: “Dat is in deze tijd haast niet meer voor te stel­len”, lacht ze.

Lees hier het hele AD inter­view met Cobi Wes­ter­hof.

  • Ver­want met de dood

    Het leven is sindsdien verdergegaan
    maar vergat mij mee te nemen
    en liet me erbuiten staan.

    Ik bezie ‘t van een afstand
    maar ‘t raakt me niet echt
    ik voel me met de dood verwant.

    Veel mensen om mij heen
    kunnen het verdriet niet langer delen
    en laten mij daarin alleen.

    Zo bouwen ze muren van stilte
    waarin ik me gevangen voel
    en die mij omgeven met kilte.

    Ze beseffen niet hoe dat is
    hoe gebroken mijn bestaan
    hoe vol van leegte en gemis.

    Ik weet, ik kan niet altijd troost verwachten
    maar door er gewoon te zijn
    kunnen ze wel de pijn verzachten.

    Het is niet, dat ik me beklaag
    immers ik wil geen medelijden,
    ‘t is alleen wat warmte wat ik vraag.

    Kokkie Jonkers